Vanaf 2011 hoeven er geen leges voor het aanvragen van bouwvergunningen voor monumenten of een monumentenvergunning te worden betaald. Het college ziet af van het heffen van leges voor deze aanvragen. De regeling geldt voor rijksmonumenten en voor gemeentelijke en provinciale monumenten. Vanzelfsprekend heeft de regeling alleen betrekking op het verbouwen van het monument zelf en niet bijvoorbeeld voor het bouwen van een garage naast een monument.
Wethouder Gertjan van der Hoeven: ‘Monumenten zijn ons cultureel erfgoed en zijn belangrijk voor de identiteit van ons dorp. Door het besluit niet langer leges te heffen voor het aanvragen van bouwvergunningen en monumentenvergunningen voor een monument verminderen we kosten die de eigenaar van een monument heeft om het monument in stand te houden en te bewaren voor alle Aalsmeerders. Komende jaren staan bijvoorbeeld ingrijpende restauratiewerkzaamheden op het programma, van zowel de Dorpskerk in de Kanaalstraat als de Doopsgezinde kerk in de Zijdstraat. Het niet heffen van bouwleges zal voor beide kerkbesturen een flinke besparing betekenen. Dit geldt niet alleen voor kerkbesturen maar is ook het geval voor eigenaren van andere monumenten die hun pand willen restaureren.’
Tegemoetkoming
De gemeente komt met bovenstaande regeling tegemoet aan de onkosten die de eigenaar van een monument heeft voor het in stand houden van het cultureel erfgoed in Aalsmeer. De bouwleges bedragen 2,15% van bouwsom. Voor het verkrijgen van een monumentenvergunning moet de gemeente €250 betalen. Ook deze kosten worden niet langer doorberekend aan de eigenaar.
Actief beleid
Aalsmeer heeft 29 rijksmonumenten, 39 gemeentelijke monumenten en 1 provinciaal monument (fortloods en conducteurswoning aan de Kudelstaartseweg). De laatste jaren heeft de gemeente een actief beleid gevoerd om woningen en andere objecten die een belangrijke cultuurhistorische waarde hebben voor Aalsmeer te behouden en aan te wijzen als gemeentelijk monument.